Donderdag 30 november jl. vond een nieuwe editie van NVCinteractief plaats in de Malietoren in Den Haag. Centraal deze middag stond “de Nederlandse visie op certificatie en accreditatie”. Op het event waren rond de 60 deelnemers aanwezig. Onder de aanwezigen bevonden zich beleidsmakers van ministeries, vertegenwoordigers van inspectiediensten, schemabeheerders, normalisatie- en standaardisatieinstituten, de Raad voor Accreditatie (RvA) en Certificatie-Instellingen (CI’s), zowel leden als niet-leden van de NVCi. Het was een geslaagde middag waarbij veel informatie is gedeeld en de verbinding is versterkt tussen verschillende partijen in de certificatie- en accreditatiesector.
Het Nederlandse en Europese beleid
Lilian Petit, clustercoördinator Interne Markt bij de directie Mededinging en Consumenten bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK), ging in op de Nederlandse visie op certificering en accreditatie. Dit cluster houdt zich bezig met de certificering en accreditatie in Nederland, maar ook met de rest van de kwaliteitsketen zoals normalisatie en markttoezicht. EZK is stelselverantwoordelijke voor deze onderwerpen. In haar presentatie heeft Lilian een belangrijk sleutelwoord: samenwerking. “EZK heeft veel stakeholders waarmee wordt samengewerkt. We hebben elkaar nodig en kunnen veel van elkaar leren”, aldus Lilian.
Het Nederlandse beleid
EZK heeft drie primaire rollen als het gaat om certificatie en accreditatie: ze zijn stelselverantwoordelijk, opdrachtgever van de RvA en verantwoordelijk voor het voorlichten van stakeholders. Daarbij hebben zij enkele uitgangspunten binnen hun werk. Eén van deze punten is om het vertrouwen in kwaliteit en conformiteit te borgen. Daarnaast moeten normalisatie en accreditatie ervoor zorgen dat er een gelijk speelveld voor bedrijven bestaat, op nationaal en internationaal niveau.
Verschillende soorten certificeringsbeleid
Bij de verantwoordelijkheid voor het stelsel hoort ook de verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van het kabinetsbeleid. Dit beleid is, op het gebied van certificering, onder te verdelen in drie verschillende soorten:
- Vrijwillig zonder rol van de overheid: voornamelijk voor bedrijven die zich in de markt willen onderscheiden en zich richten op intern kwaliteitsmanagement.
- Vrijwillig en toezicht ondersteunend: er bestaan geen wettelijke regels voor certificering, maar de overheid kan haar toezicht daar wel op afstemmen.
- Verplichte certificering: in wet- en regelgeving wordt expliciet opgenomen dat voor een bepaald product of dienst certificering vereist is.
Voor welke soort wordt gekozen is mede afhankelijk van het soort publieke belang. Voor een verplichte certificering worden verschillende afwegingen gemaakt. Lillian benoemt aandachtspunten wanneer er wordt gekozen voor een verplichte certificering: “We moeten zorgen dat er goede informatie-uitwisseling plaatsvindt tussen de RvA, CI’s en toezichthouders. Het duidelijk afspreken van rollen en verantwoordelijkheden binnen de sector is daarbij essentieel om dubbele lasten in toezicht evenals onnodige regeldruk te voorkomen.”
Uitdagingen en kansen
Binnen de Nederlandse maar ook binnen de Europese wetgeving ligt er een aantal uitdagingen en kansen. Lilian benoemt een aantal punten dat EZK onder de aandacht wil brengen bij de Europese Commissie als het gaat om certificatie en accreditatie: “Het eerste thema dat we bij de Europese Commissie willen aankaarten, is het faciliteren van de groene en digitale transitie. Er moeten duidelijke richtlijnen komen voor bijvoorbeeld refurbished of digitale producten. Het is nu niet duidelijk hoe daarmee moet worden omgegaan. Het tweede punt is het borgen van een gelijk speelveld tussen verschillende Europese lidstaten als het gaat om wet- en regelgeving.”
Ook binnen het Nederlandse beleid benoemt ze uitdagingen en kansen. Lilian: “Door de expertise van de sector te benutten, kunnen we de groene en digitale transitie verder helpen. Tegelijkertijd is er nog weinig om op voort te bouwen omdat het gaat om nieuwe producten of diensten. Er zijn dus veel uitdagingen bij het opstellen van hoogwaardige wet- en regelgeving.” Tot slot legt Lilian nogmaals de nadruk op meer samenwerking in de toekomst: “Een belangrijke kans ligt bij samenwerking; stakeholders moeten elkaar meer opzoeken en elkaar meer ondersteunen. Zo komen we veel verder dan alleen.”
De vier eigenschappen van effectief certificeren
Roeland Nieuweboer, voorzitter van de Raad van Bestuur van de RvA, sluit zich in zijn verhaal aan bij de boodschap van Lilian Petit om meer samen te werken. Hij vervolgt zijn verhaal met het delen van zijn visie op effectief certificeren. Naar voorbeeld van Stephen Covey met zijn ‘Seven habits of highly effective people’ heeft Roeland ‘Vier eigenschappen voor effectief certificeren’ opgesteld. Roeland vertelt: “Ik heb deze zeven gewoonten als uitgangspunt gebruikt en aangepast in de 4 eigenschappen van effectief certificeren.”
Deze vier eigenschappen zijn als volgt:
- Wees proactief
Neem actief deel aan besluitvormingen en schuif jezelf naar voren. Roeland benadrukt het belang dat de branche richting overheid en stakeholders een prominente rol inneemt en zichzelf meer laat zien. Zo stelt hij: “Stap uit de wereld van commercialiteit en techniek en laat zien wat je als branche kan betekenen voor de maatschappij. Wanneer je als CI jezelf naar voren schuift, zal je merken dat overheden ook meer de samenwerking zullen opzoeken.” - Begin met het einde voor ogen
“We zijn in een periode beland waarin veel kritiek is op kennisinstituten, rechters, universiteiten. Het vertrouwen in publieke dienstverleners is laag. CI’s kunnen helpen om dit vertrouwen in kennisinstituten weer terug te krijgen”, aldus Roeland. Hij vervolgt: “Het is van belang dat er meer gewerkt wordt aan de gemeenschappelijke missie binnen het publieke domein.” - Houdt de zaag scherp
Je moet reflecteren op je eigen werk. Roeland benadrukt: “CI’s spelen een belangrijke rol als het gaat om maatschappelijke belangen. Wanneer CI’s deze rol niet innemen, trekt de overheid dit naar zich toe. In het kader van het commerciële belang is dat ook niet goed. Dus kijk in de spiegel en beoordeel je eigen rol.” De RvA speelt ook een belangrijke rol in het scherp houden van de zaag en zal hierop acteren door meer inzicht te geven in besluitvorming en business intelligence. - Synergie
Er moet én kan meer synergie komen. Het huidige NVCi-bestuur doet dit al heel goed volgens Roeland. Ze sluiten aan bij verschillende events en zitten aan tafel om die synergie te creëren. Daarnaast moet er gekeken worden of er onderling meer informatie-uitwisseling kan plaatsvinden. Dat kan lastig zijn, want je hebt te maken met bedrijfsinformatie. Daarbij wil de CI niet de indruk wekken een verlengstuk van de overheid te zijn. Het is belangrijk dat het gesprek hierover wordt aangegaan.
Kwetsbaarheden, samenwerken, rolverdeling en verwachtingen
Tot slot vond er tijdens NVCinteractief ook een paneldiscussie plaats. In het panel namen naast Lilian Petit en Roeland Nieuweboer ook Mattheus Wassenaar, inspecteur-generaal van de ILT en Nic Hendriks, voorzitter NVCi en managing director DEKRA Audit, deel.
Een kwetsbaar stelsel
Mattheus Wassenaar start het gesprek met het uiten van zorgen: “We hebben in Nederland een mooi stelsel van certificatie en accreditatie maar het is ook een heel kwetsbaar stelsel. Certificatie wordt veel gebruikt voor marktwerking en kwaliteit, terwijl het juist gaat om publieke belangen. Het gaat om de kwaliteit van de zorg, de kwaliteit van ons eten. Er zijn op dat gebied veel kwetsbaarheden.” Als reactie daarop stelt Nic Hendriks: “Zorgen zijn altijd terecht zolang er zaken gebeuren die we liever niet zien gebeuren. Maar certificering is geen middel om garanties af te geven of te handhaven. Dat is een taak van de overheid.” Gekeken naar de drie vormen van certificering, eerder genoemd door Lilian, lijken de rollen van de overheid en CI’s bij de verplichte vorm van certificering toch wel door elkaar te lopen. Gevraagd naar hoe hij dit ziet antwoordt Nic: “Publiek en privaat hebben elk hun eigen rol binnen het stelsel en moeten samenwerken.”
Zowel Lilian als Roeland geloven in het publieke toezicht maar ook in aanvullende zelfregulering van de markt. Er moet gebruik gemaakt worden van de expertise in de sector. Wel is het belangrijk dat er binnen de samenwerking synergie en complementariteit aanwezig zijn. Tot slot stelt Mattheus dat het duidelijk moet worden wat de rolverdeling is binnen het stelsel. Dan kan je kwetsbaarheden aanpakken.
Samenwerking is essentieel
CI’s dragen een grote verantwoordelijkheid als het gaat om veiligheid in de maatschappij. Vanuit deze instellingen bestaat soms het gevoel dat de overheid dit niet altijd begrijpt. Nic reageert hierop: “De CI’s moeten in een eerder stadium betrokken worden bij wetgeving. Je ziet nu vaak dat er vanuit de overheid veel heen en weer gepraat wordt als het gaat om nieuwe wetgeving en in het laatste stadium wordt bij CI’s aan de bel getrokken om mensen op te leiden. Het zou mooi zijn als dit hele proces op een meer gezamenlijke manier wordt aangepakt.”
Een ander belangrijk aspect binnen de samenwerking is het scheppen van de juiste verwachtingen. Roeland zegt hierover: “begrijp eerst voordat je begrepen wordt. Dat is heel belangrijk bij het hebben van verwachtingen.” Roeland vult aan: “Er valt nog veel te leren en we zouden eigenlijke alle stelsels moeten aflopen om het helemaal te kunnen begrijpen en om de juiste verwachtingen te scheppen.”
Open uitnodiging om in gesprek te gaan
In het kader van meer begrip krijgen en de juiste verwachtingen scheppen, is het gesprek aangaan essentieel. Zowel Lilian Petit, Mattheus Wassenaar, Nic Hendriks als Roeland Nieuweboer zijn het erover eens: er ligt een open uitnodiging voor iedereen in de sector om in gesprek te gaan met elkaar en zo elkaar beter te leren kennen.
De presentaties van zowel Lilian Petit als Roeland Nieuweboer zijn hier te bekijken via de button hieronder.